Het leven in Jaw Jaw - Reisverslag uit Paramaribo, Suriname van Nadine Liefting - WaarBenJij.nu Het leven in Jaw Jaw - Reisverslag uit Paramaribo, Suriname van Nadine Liefting - WaarBenJij.nu

Het leven in Jaw Jaw

Door: Nadine

Blijf op de hoogte en volg Nadine

09 Juni 2012 | Suriname, Paramaribo

Hallo allemaal,

Ik wil iedereen nogmaals bedanken voor alle lieve reacties op deze site, via facebook, via de mail en via een andere weg. Ik vind het echt heel leuk om te lezen dat mijn, soms wat te lange, verhalen gelezen worden door jullie en dat sommigen ook de tijd nemen om even een reactie te plaatsen. Dat doet mij wel goed zo’n reactie uit Nederland. En ik ben dan natuurlijk heel blij dat jullie mij nog niet vergeten zijn, haha!

Tsja, het leven in Suriname zit er bijna op. Volgende week zit ik rond deze tijd al 5,5uur in het vliegtuig op weg naar Nederland. Echt een heek gek idee, dat ik zondagochtend 17 juni om 10 over half 8 weer de Nederlandse bodem zal aanraken. Dan zit opeens het avontuur van 4 maanden er op en moet ik weer het leven in Nederland oppakken. En dat gaat verder. De rijlessen staan al gepland, ik ben ook al op het werkrooster ingepland en de toetsen staan ook alweer vast. Raar. Enerzijds heb ik er wel weer zin in. Ik ben blij om iedereen weer te zien, om heerlijke gekke avonden te beleven met mijn vriendinnetjes, om lekker bij te kletsen, om naar het strand te gaan en hopelijk te genieten van het warme weer of gewoon van een drankje op het terras kijkend naar de zonsondergang. Anderzijds heb ik nog helemaal geen zin. Het leven is hier zo geweldig. Ik heb zo genoten van het avontuur en het lijkt mij heel benauwend om het leven in Nederland weer op te pakken. Het is zo normaal en misschien vind ik het wel heel saai. Ik hoor van huisgenootjes die inmiddels alweer thuis zijn, dat ze in een soort gat zijn gevallen. Ik ben ook bang dat het leven in Nederland weer tegen gaat vallen, ondanks alle gezelligheid van vriendinnen en familie. Maar goed.. tjsa, ik kan er heel lang over nadenken, ik kan mij er heel druk over gaan maken, maar ik stap volgende week gewoon op het vliegveld op weg naar Nederland. Misschien valt het allemaal wel mee en raak ik verliefd op Nederland. Ja, dat zou toch kunnen?

Nu heb ik nog even een heel lang verhaal over mijn leven in Jaw Jaw. In mijn vorige verslagen vertelde ik al dat ik naar Jaw Jaw ging om daar stage te lopen. Ik ben in totaal een week in Jaw Jaw geweest en heb daar genoeg beleefd om een paar bladzijdes vol te typen. Houd je dus vast.

Woensdag 30 mei was het zover. Ik ging samen met Marieke en Sara het leven in Jaw Jaw ontdekken. Voor een week zouden wij net zo leven als de mensen in Jaw Jaw. Nouja zo ongeveer hè. Om kwart voor 7 werden we opgehaald door de taxi. Die bracht ons naar de busjes die klaar staan om naar Atjoni te gaan. En ja ik heb het geweten. Deze busjes stonden klaar. Er stonden namelijk direct ongeveer zes mannen om onze taxi heen, die allemaal blèrden of wij naar Atjoni wilde. Ja, wij wilden inderdaad naar Atjoni, maar één busje was wel genoeg. We bleven daarom maar even veilig in de taxi zitten op zoek naar de juiste kandidaat. Toen iemand ons voor 50 SRD (dat is ongeveer €12,50) naar Atjoni wilde brengen, hebben we maar voor hem gekozen. We drongen ons door de opdringerige mannetjes heen op weg naar onze koffers. Want ja, sommigen zijn wat te brutaal om gewoon je koffer te pakken. Dit ging er natuurlijk niet in, dus wij brachten onze koffers veilig naar onze nieuwe taxichauffeur. Toen onze koffers er in zaten, vertelde meneer dat er nog 30 SRD bijkwam voor de koffers. Maar nee, dit hadden wij niet afgesproken, dus dat meldden wij ook even direct waarop de man zijn schouders ophaalde en er geen verdere drama van maakte. We zouden 50 SRD betalen en geen SRDcentje meer. Wij besloten alvast maar veilig in onze nieuwe taxi te gaan zitten, want die opdringerige mannetjes bleven maar rondjes lopen. Uiteindelijk moesten we nog twee uur wachten voordat we vertrokken naar Atjoni. Gelukkig ging het wel snel voorbij. Er waren veel mensen te zien op straat en de taxichauffeurs renden naar allerlei mensen om hen in hun taxi te slepen. Dat was wel mooi om te zien. Uiteindelijk vertrokken we om kwart voor 9 naar Atjoni. De weg was prima te doen. Rond een uur of 12 kwamen we aan bij Atjoni. Ook daar hadden we keuze genoeg om een bootsman uit te kiezen. En tsja wie kies je dan? Gelukkig kwam er al snel een jongen naar ons toe. Dit bleek de zoon van juffrouw Rita te zijn, waar wij zouden verblijven. Hij was wel te vertrouwen. Hij bracht ons naar de juiste bootsman. Deze gast was wel iets minder te vertrouwen, want hij wilde in plaats van 25 SRD 50 SRD hebben. No Way. Dit legden we hem ook even uit en volgens mij begreep hij ons wel. Ook hier moeste we nog 1,5 uur wachten, want uiteindelijk vertrok de boot om half 2 richting Jaw Jaw. We zaten met allemaal Marronvrouwen in de boot, die lekker aan het kakelen waren met elkaar. Naast deze Marronvrouwen en wij dan, lag er ontzettend veel bagage op de boot. Naast heel veel tassen, lagen er ook matrassen en stoelen op de boot. Tsja, de boot is het enige vervoersmiddel naar de dorpjes langs de Surinamerivier, dus de bedden en stoelen moeten dan ook echt vervoerd worden met de boot. Na ongeveer een uurtje kwamen we aan in Jaw Jaw. We namen contact op met meneer Fonkel. Hij vertelde dat één van de kindjes die rond de rivier huppelden ons wel bij mevrouw Rita kon brengen. Zo gezegd, zo gedaan. Een meisje bracht ons heel pittig naar juffrouw Rita. Ze nam gelijk wat koffers over, echt heel lief. We slapen in Jaw Jaw bij juffrouw Rita. Ze werkt ook op de school waar wij gaan stage lopen. Juffrouw Rita woont vlakbij de rivier, dus we hoefden gelukkig niet ver te lopen met de zware koffers. Rita ontving ons heel aardig. We zijn de eerste dag ook gelijk naar meneer Fonkel gegaan. Dit is het schoolhoofd. Wel moet ik waarschijnlijk gewoon in een klas stage lopen. Ik had eigenlijk verwacht dat ik kinderen zou begeleiden uit allerlei klassen, maar dit is helaas niet het geval. Ik had stage dus iets mooier voorgesteld dan ik nu te horen zou krijgen. Misschien kwam dit ook wel doordat ik niet echt lekker in mijn vel zat. Alles viel een beetje tegen. Waarom precies weet ik nog steeds niet. Ik had een naar gevoel en ik voelde mij niet zo fijn. Het viel misschien tegen. Misschien was het een kwestie van wennen? Misschien toch jammer dat mijn ouders weer naar Nederland waren gegaan? Ik wist het niet.

O ja nog even over het huisje. We slapen in een mooi huisje. Het is echt een huisje, dus niet echt een hutje met een rieten dak. Het huis heeft een keukentje, een woonkamer en drie kleine slaapkamertjes. Ik deelde mijn kamer samen met Sara. Daarnaast is er geen stromend water. Je kunt dus niet onder de douche stappen. Nee, je moet baden (douchen) in de rivier. Vanaf 7 uur ’s avonds hadden we stroom. Dit ging om 11 uur ’s avonds weer uit. Er was trouwens ook geen licht in de kamer, dus ’s avonds moest mij redden met een zaklamp, die ik helaas niet had. Gelukkig had ik mijn mobiel die wat licht gaf. En tsja of ze een wc hebben? Of je al je behoefte in de rivier moet doen? Of het gewoon een witte pot is met een wc bril? Uh, ja, ze hebben een wc. Nee, je hoeft dus niet al je behoefte in de rivier te doen. En nee, er is geen gewone witte pot, geen wc-bril en geen ding waar je op kunt drukken dat er voor zorgt dat alles wegspoelt. Hoe die wc er dan uit ziet? Nou, gewoon. Je hebt een hout huisje met een krikkemikkig deurtje waarin een houten blok staat met een gat er in. Op het begin wisten we niet hoe we er op moesten gaan zitten. Ik ben er toen maar opgeklommen en heb op mijn hurken mijn plasje in dat gat proberen te richten. En tsja.. dat is een hele kunst, maar het is wel gelukt. Uiteindelijk bleek je gewoon op dat houten blok moeten gaan zitten. De eerste avond ging ik ‘s avonds voordat ik naar bed ging, met Marieke naar de wc. We besloten om gewoon maar te gaan zitten, want ja als iedereen dat doet in Jaw Jaw kunnen wij niet achter blijven. Met een zaklampje schenen we eerst in het hokje om te kijken of het wel veilig was. Op dat moment zagen we net in het gat iets bewegen. WAAH! En nee, ik ging niet op dat ding zitten. Ik ben er toen maar op geklommen en heb weer in dat gat proberen te richten. En of ik ooit heb gezeten op dat ding? Nee! Echt niet.

Donderdag 31 mei was mijn eerste stage dag. Op stage heb ik eerst een voorstelronde gekregen van meneer Fonkel. Om 10 over 8 ging de bel. Dit was eigenlijk 10 minuten te laat. Ook was er iets van een vlaggenparade, maar de parade bestond uit drie kinderen die de vlag omhoog hesen. De rest van de leerlingen en de juffen waren al naar binnen. Donderdag heb ik samen met Marieke in klas 1 gekeken. Het was een grote klas, namelijk 35 kinderen. Zeker in vergelijking met de andere klassen, die gemiddeld uit 20 leerlingen bestaan. Ik vond het wel interessant om in klas 1 te kijken, omdat ik zo het verschil kon ervaren tussen klas 1 in de stad, in Paramaribo, en in het binnenland, in Jaw Jaw. Ik heb de leerlingen die dag vooral veel geholpen. Ik heb rondjes gelopen om de leerlingen te stimuleren en te begeleiden. De andere juffrouw deed dit niet. Op een gegeven moment kwam meneer Fonkel in de klas. Hij vroeg of wij kinderen wilden helpen met lezen. Dit wilden wij wel. We gingen met 16 kinderen naar buiten. Bij een huis, onder een afdakje gingen wij zitten. We hebben wat auditieve oefeningen gedaan met de kinderen. Dit ging wel redelijk goed. Tijdens de les moest er een jongen een ‘plasje’ doen (als de kinderen naar de toilet moeten vragen ze: “Juffrouw, mag ik een plasje”). Hij liep zomaar naar de bosjes en loodste daar zijn ‘plasje’. Ik stond wel een beetje gek te kijken en kon mijn lach bijna niet inhouden. Toch heb ik de leerlingen maar verteld dat ze de volgende keer maar even naar de wc moeten lopen. De volgende dag had ik weer stage. Ik zou eigenlijk weer stage lopen in klas 1, maar de juffrouw uit de 3e klas was ziek. Ik moest deze klas overnemen. Marieke heeft mij gezellig geholpen. Ik vond dit eigenlijk heel leuk. Je leert er het meest van en daarnaast ben je de hele dag lekker bezig. Ik heb de lessen gegeven en daarna hielpen we de leerlingen allebei tijdens het zelfstandig werken. We hebben taal gedaan, gerekend, lichamelijke opvoeding en natuuronderwijs gedaan. Tijdens lichamelijke opvoeding hebben we lekker gevoetbald. Of nee, de kinderen hebben gevoetbald en ik heb samen met Marieke de leerlingen lekker aangemoedigd. De dag verliep prima. Sommige leerlingen zaten ons wat uit te proberen, maar dat hoort er ook bij. Ik heb de leerlingen aan het einde van de dag een mooie sticker gegeven. Ook wilden de leerlingen telkens heel graag op de foto. Dus aan het einde van de dag hebben we een kleine fotoshoot gehouden. De leerlingen vonden dit prachtig en ik stiekem ook. Zaterdagochtend ging gewoon op tijd de wekker, want we hadden weer stage. Huh op zaterdag? Ja, op zaterdag. Sara en ik gingen, nadat we Marieke hadden uitgezwaaid, weer naar school. We hebben een aantal kinderen uit de 1e klas begeleid. Ik was erg nieuwsgierig hoeveel leerlingen er zouden komen. Wie gaat er nou op zaterdagochtend naar school dacht ik? Nou, de 15 kinderen die gevraagd waren om naar school te gaan. Er zaten zelfs zestien kinderen in de klas, dus dat viel helemaal mee. Maar goed wat wil je met zo’n toffe juf die je bijles geeft. Voor mij wil iedereen toch wel extra naar school komen, toch? De bijles verliep prima. Op het begin waren de leerlingen erg onrustig. Ik heb dan ook drie leerlingen naar huis gestuurd, omdat zij niet goed meededen. Gelukkig deden de andere dertien leerlingen wel goed mee. Hen hebben we dan ook beloond met mooie stickers en een verhaal. Zondag hadden we een lekker dagje vrij. Maandag heb ik stage gelopen in klas 2 (groep 4). De juffrouw uit de 2e klas was er niet, dus samen met Sara heb ik de klas overgenomen. De dag verliep wel redelijk. Sommige lessen gingen beter dan de andere lessen, maar uiteindelijk zijn we als beloning nog even lekker naar buiten geweest met de kinderen. De mannen hebben gevoetbald, lekker met hun blote buik en een spijkerbroek en de meiden gingen touwtje springen en estafette. Dinsdag was alweer de laatste stagedag. Ik heb de ochtend in klas 1 gezeten. We hebben die dag weer de leerlingen met lezen begeleid. De leerlingen lopen ontzettend achter met lezen. Veel leerlingen kennen nog niet alle letters. Het is belangrijk dat deze leerlingen veel meer begeleiding krijgen en helaas heb ik hen dat niet in een week kunnen geven. Dat vind ik toch wel zorgzaam. Het is zo belangrijk dat de leerlingen leren lezen. Maar niet alleen met lezen lopen veel leerlingen achter. De leerlingen lopen ook achter met rekenen en taal. Daarnaast spreken sommige leerlingen niet goed Nederlands en begrijpen ze niet alles wat er wordt gezegd. De leerlingen hebben veel meer begeleiding nodig, maar helaas wordt dit niet aangeboden. De juffrouw van klas 1 vertelde wel dat ze graag bijles wil gaan geven in het weekend. Ik hoop ook echt dat dit gebeurd. Het zou al zoveel schelen als de zwakkere leerlingen al extra begeleid worden. Het is jammer dat ik zo kort hier in Jaw Jaw zit om de leerlingen echt de hulp te geven die nodig is. Na de pauze heb ik trouwens nog gekeken bij de kleuters. Ik heb de leerlingen geholpen tijdens het zelfstandig werken en zelf heb ik nog een mooi verhaal voorgelezen. Ik vond het wel heel leuk om even bij de kleutertjes te kijken. Ze keken mij met hun mooie bruine ogen de hele tijd aan en ze lachten telkens. Het was mooi om eventjes bij hen lekker met hen te ‘spelen’.

Als afscheidscadeautje heb ik aan meneer Fonkel nog heel veel stickers, schriftjes, potloden en spelletjes gegeven. Hij was hier erg blij mee. Ik hoop dan ook echt dat het goed gebruikt wordt en dat de kinderen ook echt met de spelletjes aan de slag gaan. Ik denk wel dat het in goede handen is hoor. Ik heb stage erg leuk gevonden op Jaw Jaw. Ik heb veel verschillende dingen gedaan, zoals de kinderen van klas 1 begeleid, lesgegeven in klas 2 en klas 3 en nog een middagje gekeken en lesgegeven bij de kleuters. Het is wel gek hoor. Afgelopen dinsdag was niet alleen de laatste stagedag in Jaw Jaw, maar eigenlijk van heel Suriname. Wel heel raar.

Ik heb het hier wel ontzettend naar mijn zin gehad met stage. Zoals ik al zei, waren er moeilijke momenten, maar juist ontelbare mooie momenten die ik hier in Suriname, zowel in de stad als in Jaw Jaw, heb meegemaakt. Ik vond het heel tof om een weekje te mogen kijken en lesgeven op een school in Jaw Jaw. Het is toch wel anders dan de stad hoor. Sowieso zijn de kinderen heel anders. De kinderen zijn veel socialer tegen elkaar. Er is veel minder rivaliteit tussen de leerlingen onderling. De leerlingen spelen echt met elkaar en zijn heel lief voor elkaar. In de stad was er in mijn klas ontzettend veel ruzie. De leerlingen speelden helemaal niet met elkaar en liepen elkaar alleen maar in de weg in plaats van lief zijn voor elkaar. Het pedagogisch klimaat in de klassen in Jaw Jaw vond ik veel veiliger. Ik heb in vier verschillende klassen gezeten en in al deze klassen was er een veilige sfeer en waren de leerlingen echt lief voor elkaar. Daarnaast is er ook wel een verschil in de didactische ontwikkeling. In Jaw Jaw lopen de leerlingen toch wat achter dan de leerlingen in de stad. Vooral op taalgebied is dit het geval. De leerlingen spreken in het dorp alleen maar Saramaccaans. Veel moeders spreken ook niet tot nauwelijks Nederlands. Bij de kleuters leren de leerlingen pas echt Nederlands praten. Hierdoor zijn de leerlingen in de eerste twee jaar vooral bezig met het leren en het beheersen van de Nederlandse taal. In de stad komen de leerlingen veel eerder in aanraking met de Nederlandse taal. Ook hebben Sara en ik een klein onderzoekje gedaan hoe oud de leerlingen in elke klas zijn. Er zat bijvoorbeeld een meisje van 10 in klas 1 en een meisje van 17 in klas 5 (groep 7). Veel leerlingen blijven één keer zitten, maar het komt geregeld voor dat de leerlingen twee of drie keer blijven zitten. Er zijn zelfs leerlingen die al vier of vijf keer zijn blijven zitten. Dit vind ik wel heel erg. Dit komt trouwens ook wel voor in de stad hoor, maar in het binnenland zijn het aantal zittenblijvers wel wat hoger dan in de stad. Dit komt voornamelijk doordat de leerlingen op school een taal leren die thuis niet wordt gesproken. Zo, nu hoop ik dat jullie een beetje een kijk hebben op mijn stageperiode in Jaw Jaw.

Naast stage heb ik natuurlijk ook nog andere dingen gedaan. Woensdag, donderdag en vrijdag hebben we vooral lekker rustig aan gedaan. We hebben veel spelletjes Yatzee gedaan en lekker gepraat. Ook was het elke dag tijd om te baden. Baden doe je hier in de rivier. Je zoekt een mooi plekje op bij de rivier en je gaat dan lekker badderen. Haartjes inzepen en lijfje inzepen en weer lekker afspoelen. Op zich voelde ik mij eigenlijk wel heel schoon na het badderen. Toen ik donderdag voor het eerst ging baden, voelde ik mij daarna echt een stuk vrolijker. Ik weet niet wat het was, maar die rivier had denk ik magische krachten voor mensen die heel veel twijfels hebben en zich een beetje ‘naar’ voelen. Bij mij heeft het in ieder geval heel goed geholpen. Nadine was back! Jippie! Vrijdag kwamen we nog een Nederlands meisje tegen. Zij studeert geneeskunde en doet in de binnenlanden van Paramaribo onderzoek naar ondervoeding bij kinderen van 0 t/m 5 jaar. Super interessant. Aangezien ik erg aan het twijfelen was of ik zondag naar huis zou gaan of pas volgende week woensdag, vroeg ik of het mogelijk was om een dagje mee te lopen. Dit was waarschijnlijk geen probleem. Ik was die vrijdag trouwens een stuk vrolijker en positiever. Nog steeds was ik er niet achter waar dat rot gevoel over ging en waar het vandaan kwam, maar gelukkig heb ik het van mij kunnen afzetten. Voor de rest heb ik heel veel gespeeld met de kinderen. Ik heb heel wat kinderen leren kennen op Jaw Jaw. Ik woonde echt midden in het dorp en elke dag kwamen er heel wat leerlingen bij ons op het terrasje om met ons lekker te spelen en te kletsen. Nouja kletsen... De leerlingen babbelen ontzettend veel, maar ze kunnen niet of nauwelijks Nederlands. We babbelden dus wat tegen elkaar aan, maar de kinderen verstonden mij niet en ik hen eigenlijk ook niet. Toch weet ik dat we allemaal genoten. De kinderen lachten de hele dag en ze waren zo vrolijk en ik vond het ook helemaal geweldig. Dus genieten deden we in ieder geval allemaal! Ik genoot echt van de kinderen. Ze zijn zo lief. Lekker spelen en gek doen in de sula (stroomversnelling). En niet te vergeten: 88.000 foto’s maken!

Zaterdagmiddag ben ik met Graig, de zoon van meneer Fonkel en het neefje van juffrouw Rita, en Kwakoe, de zoon van Rita naar een ander dorpje gegaan. We zijn naar Lespansie gelopen. We moesten door een bospad, maar wel een enorm breed pad. Niets vergeleken met het pad richting Voltzberg. Graig deed net alsof hij onze gids was, dus hier en daar vertelde hij wat over de boompjes en plantjes. We hebben wat gekletst, lekker gewandeld en wat kreekjes overgestoken. Lespansie is een heel klein dorp met ongeveer 50 mensen. Er is geen school, dus de kinderen gaan in Jaw Jaw naar school. Zij moeten dus elke dag een half uur heen en een half uur terug wandelen. We kwamen ook een jongen tegen die we die ochtend bijles hadden gegeven. Echt leuk dat hij er was. Best wel apart dat een leerling op een zaterdagochtend naar school komt terwijl hij in totaal een uur kwijt is aan wandelen. Leergierige kinderen. Yker heeft ons ook zijn huisje laten zien. We hebben zijn moeder ontmoet en de rest van de familie. Erg leuk. Vervolgens zijn we door gelopen naar het water. Wat een rustig water vergeleken met de sula’s in Jaw Jaw. In Jaw Jaw moet je je niet zomaar even laten gaan, want dan hobbel je zo de stroomversnelling af. In Lespansie kwamen we ook weer de beruchte traditionele poort tegen. Als je het dorp binnenkomt moet je als vrouw links lopen en als man rechts. Als je naar buiten gaat, loop je als vrouw dus rechts en als man links. Alleen dan houd je de kwade geesten buiten. Vervolgens gingen we weer terug naar Jaw Jaw. Het was inmiddels al 6 uur en we moesten wel weer voor het donker naar huis, anders is het wel erg donker op de weg terug. Bij het huisje heb ik Graig nog het spel Yatzee geleerd. Ik heb hem het spel iets te goed aangeleerd of hem te veel geholpen, want hij won gelijk. Daarna vroeg Rita of we mee wilden kijken naar een Afrikaanse film. Ik dacht echt dat je zou zien hoe ze leefden en ik had echt een beeld van die verschillende stammen. Uiteindelijk bleek het gewoon een romantische serie te zijn. Het was wel grappig om te zien. Ik heb al een heel tijd geen televisie meer gekeken en dan kijk je in Jaw Jaw naar een liefdesserie. Zaterdagavond had ik ook nog even een probleem met het ongedierte. Toen ik naar de wc wilde gaan, wachtte daar nog een heerlijke verrassing op mij. In het gat liepen allemaal kakkerlakken. En nee, ik ging daar toch echt niet naar de wc. Ben ik even blij dat ik altijd alles heel panisch controleer of er ergens geen eng beest rondhuppelt, rondkruipt, rondspringt (want ja er waren ook hele grote padden in de wc te vinden) of rond dwarrelt. Ik ben toen maar stiekem in het tuintje gegaan. Nadat ik alles had gecontroleerd of er nog ergens enge beesten rondliepen natuurlijk! Veel veiliger dan in zo’n hok.

Zondag werd ik gewekt door Graig. Hij riep dat ik een slaapkop was en dat ik naar de kerk moest. En dat klopte. Zondag ben ik met Rita naar de kerk geweest. In Jaw Jaw zijn de mensen Rooms Katholiek. Ik zat dus met mijn goede gedrag om 9 uur in de kerk. Uiteindelijk begon de dienst een half uur later, omdat er nog mensen uit een ander dorp moesten komen. Ach No Span! Dan wachten we toch even? Opvallend was dat bijna alle vrouwen links zaten en bijna alle mannen rechts. Het klopte niet helemaal, maar wel een klein beetje. Vroeger was dit verplicht. Nu mogen alle mannen en vrouwen door elkaar zitten, maar toch gaan de vrouwen wel eerder links zitten en de mannen rechts. Zelf had ik het trouwens veel drukker verwacht. Ik dacht dat heel Jaw Jaw wel in de kerk zou zitten, maar dit was niet het geval. Ondanks dat wel bijna het hele dorp gelovig is, gaat lang niet iedereen naar de kerk. De preken werden overigens gegeven door een vrouw en door mensen die in de kerk zaten. Zij werden dan naar voren geroepen, maakten een buiging bij het kruis van Jezus en deden hun praatje. Alles was in het Sranantongo of Saramaccaans, dus veel heb ik er niet van kunnen verstaan. Wel waren de liedjes in het Nederlands. Er werd heel veel gezongen. Ook ben ik zondag even wezen kijken bij de twee meiden die we vrijdag ontmoet hadden. Zij doen onderzoek naar ondervoeding in het binnenland. Helaas waren ze net klaar met het onderzoek. Ze legden ons toen uit wat ze zoal deden. Ze interviewen eerst de moeder. Ze stellen vragen als waar de moeder is bevallen, waarom ze in het ziekenhuis moest bevallen, hoe het is met de gezondheid van de baby, hoe het is met de gezondheid van de moeder, wat de moeder voor de kost doet, wat voor opleiding ze heeft gevolgd en hoeveel SRD ze per maand ongeveer kan uitgeven. Na het interview gaan ze altijd het kindje onderzoeken. Ze wegen het kindje, kijken wat de armomtrek is en kijken hoe lang het kindje is. Ook worden de ogen, de huidskleur en de haarkleur bekeken. Aan deze aspecten kun je zien of een kind ondervoeding heeft of bijvoorbeeld een vitaminetekort. Toen de twee meiden alles hadden opgeruimd, kwam er nog een vrouw met een baby’tje van drie maanden. Zo heb ik toch nog even kunnen zien hoe ze zo’n interview aflegden en hoe ze de baby onderzochten. Erg leuk om te zien. Daarna ben ik op zoek gegaan naar het winkeltje. Echt geloof me. Alles lijkt op elkaar. Dus het was nog een hele kunst Elk huisje lijkt hetzelfde, maar is natuurlijk net even anders, maar het is echt een doolhof. En tsja.. straten kennen ze natuurlijk niet, dus dat is ook vrij lastig. Gelukkig lopen, rennen en spelen er allemaal kinderen die je maar al te graag naar het winkeltje begeleiden. Dat gebeurde die zondag dus ook. Ik kwam dus veilig bij het winkeltje aan en gelukkig brachten de kinderen mij ook weer veilig naar huis. Zondag kwamen ook twee andere pabostudenten aan in Jaw Jaw. Zij kwamen hier voor een tweedaagse vakantie. ’s Avonds zijn Sara en ik bij hen spelletjes gaan spelen. Gelukkig bedacht ik mij nog even om daar even naar de wc te gaan, want ja zij hadden wel gewoon een witte pot, met wc-bril en een doortrekker. Ik hoefde dus die zondagavond niet eerst te vechten met houtkevers, padden of kakkerlakken. Gatsie. Dinsdagmiddag na stage, nam Rita mij, Sara en Mieke (een huisgenootje die ook een week ging stagelopen in Jaw Jaw) naar haar kostgrondje. Ik had bij een kostgrondje een soort moestuintje voorgesteld. Nou dat had ik even verkeerd ingepland. Eerst moesten we een stuk door het bos lopen om het kostgrondje op te zoeken. Vervolgens kwamen we bij een enorm veld aan wat haar kostgrondje was. Hier verbouwde Rita allemaal groente, zoals rijst, maïs, zoete en bittere cassave, zoete patat, oker, tayer, pompoen, bananen, boulanger (aubergine) en nog veel meer. Erg leuk om te zien. Op de terugweg nam Rita trouwens wat hout mee. Dit hield zij niet in haar hand, maar legde dit natuurlijk op haar hoofd. Echt maf wat ze hier allemaal op hun hoofd dragen hoor, complete afwasbakken, pannen, manden, hout en alles gewoon! Mieke en ik hebben ook geprobeerd om een stuk hout mee te nemen op ons hoofd. Dit ging wel wat moeilijker dan verwacht hoor, dus we hebben het maar gewoon lekker op z’n Hollands in ons hand meegenomen naar het huisje. Echt interessant om even haar kostgrondje bewonderd te hebben. Woensdag was alweer de laatste ochtend in Jaw Jaw. Om 6 uur ging de wekker. En nee, niet omdat ik al zo vroeg werd opgehaald, maar omdat ik ging afwassen met Rita in de rivier. Het leek mij erg leuk om dit een keer meegemaakt te hebben. Ik woonde toen, weliswaar voor een weekje, in Jaw Jaw. En ja dat betekent meedoen. Dus ging ik met mijn goede gedrag, wel wat slaperig, naar de rivier om de boel lekker te schrobben. En geloof me. Alles moet grondig schoon gemaakt worden. De pannen, deksels en lepels zijn net spiegels, zo glanzend schoon is alles. Hoe ze dat doen? Luister en huiver. Nederland kan daar nog een voorbeeld aannemen. Je spoelt eerst alles af in de rivier. Borden, pannen en pannendeksels laat je lekker weken in de rivier. Kleine dingen, zoals kleine plastic bakjes en bestek spoel je af en leg je terug in de emmer. Door de stroming varen anders alle bakjes en bestek weg. De etensresten laat je lekker in de rivier ronddrijven wat als gevolg heeft dat er heel veel vissen om je heen zwemmen. Na het afspelen pak je een homp zeep en een lapje en ga je poetsen. Grondig poetsen. Daarna spoel je alles af en zet je alles in de schone, glimmende bak. Pannen kunnen soms behoorlijk zwart worden. Die moet je eerst een lekkere zandscrub geven. Gewoon wat zand van de bodem rapen en dan heel hard wrijven tot het zwarte weg is. Daarna maak je alles zand vrij en zeep je het nog lekker in. En als resultaat heb je weer prachtig glimmende pannen en deksels. Het was best heel leuk zo afwassen. Lekker zittend in de rivier en de afwas doen. Vervolgens heb ik mezelf nog lekker gewassen. Nog even heerlijk genoten van de rust, de mooie lucht en de prachtige sula. In Paramaribo zal alles nooit zo rustig zijn in Jaw Jaw, dus ik besloot om er nog even van te genieten. Daarna lekker ontbeten en afscheid genomen.

Ook heb ik nog een heel interessant gesprek met Rita gevoerd over de opvoeding van de kinderen en het over het leven hier in Jaw Jaw. Voor de kinderen in het binnenland is er niet echt een bepaalde structuur en er zijn ook geen regels. De leerlingen weten zelf heel goed wat wel en niet mag. Dit zien en leren ze namelijk van de oudere kinderen. Ook mogen de kinderen vaak gewoon vrij rond lopen waar ze willen. Er zijn dan ook overal kinderen te vinden: bij het grasveldje, bij de rivier, voor het huis of bij iemand anders thuis. Overal lopen kinderen rond. Ouders, vooral moeders, weten daarom niet altijd wat hun kinderen doen. In Jaw Jaw geldt daarom dat iedereen elkaars opvoeder een beetje is. Iemand in het dorp mag best tegen een kind dat niet van haar is zeggen dat iets niet mag. Iedereen mag elkaars kinderen corrigeren en de kinderen luisteren hier ook naar. Eigenlijk is iedereen in dit dorp één grote familie. Dit merk je ook wel hoe de kinderen met elkaar omgaan. Ze spelen met elkaar, er is weinig concurrentie tussen de leerlingen, ze zijn lief voor elkaar, ze helpen elkaar, ze delen elkaars hengels of ballen uit en ze zijn veel minder agressief tegen elkaar. Het agressieve wat ik in mijn stageklas in Paramaribo zag, heb ik hier in Jaw Jaw absoluut niet gezien. De kinderen spelen hier echt met elkaar en helpen elkaar. Dit zorgt voor een hele goede sfeer in het dorp en ook in de klas. Daarnaast zijn er ook niet bepaalde tijden voor kinderen. Op school zijn natuurlijk wel tijden, maar etenstijden en bedtijden kennen ze hier niet. Vaak staat er een bak eten klaar: rijst, kip en wat groente. De kinderen nemen zelf een hap als ze honger hebben. Vervolgens gaan ze lekker door met spelen en nemen ze nog een hap als ze nog niet genoeg hebben gegeten. Ook geldt er de regel: als je slaap hebt, ga je naar bed. Daarnaast is er in de avond ook niet veel te doen. Het is vroeg donker en veel licht in het dorp is er niet. De kinderen gaan dus redelijk op tijd naar bed. Bovendien zijn de leerlingen echt de hele dag bezig met spelen, hengelen, wassen, zwemmen en naar school gaan. ’s Avonds zijn ze dan ook wel moe en gaan ze vanzelf wel naar bed.

Verder heeft ze ook verteld dat als een meisje volwassen is een panyi (een doek) krijgt. Zij moet dit dragen omdat het meisje dan laat zien dat ze klaar is om het huis uit te gaan. Daarnaast moeten ze zich ook wassen op een bepaalde manier. Als ze dit niet doen, wordt dit als vies gezien. Als een vrouw een man heeft, moet zij alles reinigen met bepaalde kruiden. Eerst moeten de kruiden worden gedroogd en daarna worden gekookt. Het sap dat vrij komt moet je gebruiken om te wassen. Je moet wel de boel eerst laten afkoelen natuurlijk.

De kinderen helpen op hele vroege leeftijd al de moeders met vissen vangen (hengelen), afwassen, kleren wassen, de kleintjes wassen en zichzelf wassen. De kinderen nemen dit dus al heel vroeg over. Dit zijn eigenlijk zowel de jongens als de meisjes. Je ziet nauwelijks mannen in de rivier. Dit komt voornamelijk omdat er heel weinig mannen in het dorp wonen. De mannen wonen in Paramaribo voor werk of omdat ze bij een andere vrouw wonen. Veel vrouwen zijn namelijk vrijgezel. De vrouwen verdienen hun geld met het eten wat ze op hun kostgrondjes verbouwen. Of eigenlijk niet verdienen, maar op deze manier hebben ze gewoon eten. In maart is het erg druk op de kostgrondjes. Dan moet alles verbouwd worden. daarna is het wat rustiger. De vrouwen gaan dan ongeveer twee keer in de week terug naar hun kostgrondje. Elke drie maanden is er een nieuw product waar de vrouwen mee bezig zijn. Nu zie je overal ‘murapa’ noten. Dit is een vrucht die je kunt eten, maar je kunt de noot ook uitpersen om er olie van te maken. De noten moet je dan uitpersen om er olie van te krijgen. de kinderen zie je dan ook vaak meehelpen. Ze helpen dus al heel vroeg mee in het huishouden.

Juffrouw Rita heeft ons ook het grootste verschil tussen de stad en de dorpjes langs de Surinamerivier uitgelegd. In het dorp staat de deur letterlijk voor iedereen open. Iedereen kent elkaar en iedereen helpt elkaar. Ze delen met elkaar het eten. Soms loopt juffrouw Rita met een bord naar de buren en de volgende dag komt het buurmeisje visjes brengen. Ook is iedereen heel lief en meegaand voor elkaar. Ze helpen elkaar. Daarnaast zijn ze ook heel aardig tegen onbekenden. Ik ben maar zo’n gekke Nederlander n hun dorp, maar toch voelde ik mij heel welkom. De mensen waren heel aardig en groetten je altijd. En tsja, dit gebeurt gewoon niet zo snel in de stad.

De reis terug was ook een attractie op zich hoor. De boot hadden we al van tevoren geregeld, dus daar hadden we geen problemen meer mee. Toen we op Atjoni aankwamen, stonden er gelijk 5 mannen klaar om ons mee te nemen naar Paramaribo. Sara en ik wilden eigenlijk met de gewone bus, omdat dat een stuk goedkoper is. Iedereen zei dat deze al vol zat. Ik geloofde dat natuurlijk niet, maar uiteindelijk bleek het wel te kloppen. De mannetjes stonden alweer in onze nek te hijgen. Gelukkig werd ik al op de boot aangesproken door de taxichauffeur die ons de heenweg ook reed. We besloten maar om bij hem in te stappen. Het was een prima taxirit. Tijdens de reis moest hij ergens een pakketje ophalen. Dit lag gewoon aan het einde van de weg. Hij parkeerde zijn auto, laadde het pakketje in en reed weer heel hard weg. Even later toeterde de chauf een paar keer bij een heel klein dorpje. Er kwamen toen twee vrouwen aanlopen die ook een mysterieus pakketje afgaven. Deze vrouwen die hebben even een lekker gesprekje gevoerd met alle medepassagiers. Helaas kom ik niet verder dan U weki nö (goedemorgen) en U dë nö (goedendag/hoe gaat het met u?), dus ik verstond er weer helemaal niets van. Vervolgens gingen we weer verder. Even later werd de auto weer aan de kant gezet en verliet iemand de auto. Daarna zagen we een man langs de weg staan, die bij ons instapte. Na deze pakketjes en het in- en uitstappen gingen we rustig naar Paramaribo. Er gebeurt dus genoeg tijdens zo’n taxirit. Gelukkig was de taxichauffeur zo aardig om ons naar de Mozart te brengen. Hiervoor moesten we natuurlijk wel 10 SRD meer betalen, maar goed dat had ook gemoeten als we andere taxi hadden gebeld. Rond een uur of 2 was ik weer bij de Mozartjes.

Jaw Jaw! Ja het was echt ongelofelijk tof. Ondanks dat ik de eerste twee dagen niet heel lekker in mijn vel zat, heb ik de rest van de dagen echt genoten. Ik heb stage met een redelijk goed en voldaan gevoel afgesloten. Het is alleen jammer dat de begeleiding nu wel weer stopt. Ik heb wel het gevoel dat ik daar nog wat aan moet doen, maar goed.. Wat moet ik daar aan doen en hoe kan ik dat organiseren? Toch heb ik het op stage wel heel leuk gehad. Voor de rest heel erg genoten van de lieve kindjes, van het leven in Jaw Jaw, het afwassen in de rivier, het genieten van de rust, het kijken naar de hengelende kinderen, de vrouwen en kinderen die druk aan het afwassen waren, die zichzelf schoons schrobden en de kleren wasten. Het genieten van het prachtige weer, de heerlijke Sula en de mooie omgeving. Wat is het langs de Surinamerivier toch prachtig. De rust. Zo heerlijk. Maar ondanks de rust is het wel altijd levendig door het werk in de rivier en door het plezier wat de kinderen samen hebben.

Nu ga ik nog een weekje heel hard genieten. Ik hoop dat ik voor mijn vertrek jullie nog kan verblijden met het laatste verhaaltje uit Suriname, maar goed… Niets valt hier echt te plannen, dus we zullen het wel zien.

Goed leven,
Nadine <3

  • 10 Juni 2012 - 09:09

    Ineke Wittebrood :

    hallo nadine wat heb je weer een mooi verslag en beleef je allemaal mooie dingen het zal wel weer wennen wezen in egmond binnen maar dit pakken ze je niet meer af en je staat zeker al weer in gepland op het rooster nou ik heb genoten van je verslagen en zie je gauw weer in egmond of op het werk geniet nog ff groetjes ineke

  • 10 Juni 2012 - 09:09

    Ineke Wittebrood :

    hallo nadine wat heb je weer een mooi verslag en beleef je allemaal mooie dingen het zal wel weer wennen wezen in egmond binnen maar dit pakken ze je niet meer af en je staat zeker al weer in gepland op het rooster nou ik heb genoten van je verslagen en zie je gauw weer in egmond of op het werk geniet nog ff groetjes ineke

  • 10 Juni 2012 - 14:41

    Ellen:

    H nadine wat weer een ontzettend leuke verslagen.. deze reis is echt een ervaring voor je geweest. En het gat zal wel meevallen en nu weet je ook dat je er wat aan kan doen x ellen

  • 10 Juni 2012 - 19:03

    Oma Nelly:

    Genoten van je verslag. De kosgronden liggen verder het bos in, want in de slaventijd werden de marondorpen soms overvallen door het leger of mensen van de slavenhouder. Als het dorp dan werd platgebrand bleven de kosgronden.gespaard. Gelukkig hoefde jij daar niet meer bang voor te zijn en kun je met plezier aan die tijd terug denken. Ook als je weer in het rustige Egmond-Binnen bent.
    Tot ziens

  • 10 Juni 2012 - 19:03

    Oma Nelly:

    Genoten van je verslag. De kosgronden liggen verder het bos in, want in de slaventijd werden de marondorpen soms overvallen door het leger of mensen van de slavenhouder. Als het dorp dan werd platgebrand bleven de kosgronden.gespaard. Gelukkig hoefde jij daar niet meer bang voor te zijn en kun je met plezier aan die tijd terug denken. Ook als je weer in het rustige Egmond-Binnen bent.
    Tot ziens

  • 10 Juni 2012 - 19:50

    Marlies:

    Hé lieve Nadine, wat een fantastisch verhaal!! Ook leuk dat wij samen met jou in Jaw Jaw geweest zijn en weten waar je het over hebt. Thuis zul je vast wel weer snel wennen, een warme douche, een normale wc (je hoeft niet op je hurken op de bril te zitten) en je eigen bed. En natuurlijk allemaal lieve mensen die het super vinden dat je weer thuis bent!! Geniet nog even van je laatste weekje!! Veel liefs, xxx

  • 14 Juni 2012 - 15:23

    Nel:

    Lieve Nadine. Ook van mij nog even het bericht dat ik weer ontzetttend van je verhaal hebt genoten. Wat heb jij een hoop mooie bijzondere momenten meegemaakt !! Ik kwam je broer net in de Deka tegen. Ff gezellig bijgekletst. Ook jou zie ik volgende week weer, ben erg benieuwd hoe bruin je bent en verheug me er op om je een lekkere Egmondse knuffel te geven... Voor jou nog een paar gezellige dagen daar en een goeie reis terug. Liefs Nel

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Nadine

Actief sinds 06 Jan. 2012
Verslag gelezen: 298
Totaal aantal bezoekers 19214

Voorgaande reizen:

19 Februari 2012 - 17 Juni 2012

Suriname

Landen bezocht: